Sophie over Fashion Week: ‘De modewereld is klaar met de stuntcultuur van merken’
NSMBL’s Sophie schrijft maandelijks over een onderwerp, trend of merk dat haar aangrijpt, inspireert of aan het denken zet. Het overkoepelende thema? Mode. Overal waar je kijkt, alles wat je doet, elke gedachte die je hebt… Onbewust is het allemaal – in ieder geval deels – onderdeel van een trend of tijdsgeest. Tijden veranderen, stijlen veranderen, standpunten én mensen veranderen. Zo blijf ook jij een beetje op de hoogte.
Unpopular opinion…?
Het ontstaan van Fashion Week
In 1943 vond de allereerste Fashion Week – toen nog genaamd ‘Press Week’ – plaats in New York. Deze was oorspronkelijk bedoeld om in Parijs plaats te vinden, maar de Tweede Wereldoorlog gooide roet in het eten en zorgde ervoor dat niemand kon reizen. Hierdoor werd de modeweek naar New York verplaatst.
De modeweek werd bedacht om merken de kans te geven om zich te presenteren aan een groot aantal modeprofessionals tegelijk. Als iedereen tegelijkertijd op één plek is, hoeven zowel merken als inkopers en pers namelijk niet naar honderdduizend plekken te reizen om hun werk te kunnen doen. Het doel was dus om zo effectief mogelijk de nieuwste ontwerpen te laten zien. Reuze slim.
Dit oorspronkelijke doel is de afgelopen jaren flink uitgebreid. Merken willen niet alleen hun ontwerpen laten zien, maar hun gehele visie. Ze willen opvallen en het liefst het meest besproken modemoment creëren van Fashion Week – en daar komt nogal wat bij kijken.
Presenteren, opvallen en stunten
Zo zijn shows ontstaan als moment om te stunten. Balenciaga liet haar modellen al eens door een sneeuwstorm en door een modderpoel lopen. Coperni liet Bella Hadid met een ijskoud goedje besprayen om live ter plekke een jurk te creëren en liet dit seizoen robots de show stelen. Gucci liet hun show enkel door tweelingen lopen. Beate liet al hun modellen op de grond vallen. Botter gaf modellen condooms met water om hun handen. Bij Heliot Emil werd een – letterlijk – brandende man over de catwalk gestuurd. Victor en Rolf zetten hun ontwerpen letterlijk ondersteboven. Anrealage liet zijn collectie veranderen door middel van licht en Stella McCartney gaf een show in een manege met een heuse paardenfluisteraar.
Elke show een hype
De mooiste locaties, bekendste celebrities (lees: Kim Kardashian, Paris Hilton, Pharrell Williams, Lindsey Lohan), meest bijzondere artiesten, meest absurde decoratie (zoals de 80.000 vliegen van Area), de hardste muziek, de gekste stunts… alles wordt uit de kast getrokken om een statement te maken. Dit stunten is natuurlijk niets nieuws. Alexander McQueen liet in 1999 al een model beschilderd worden door robots. Toch is de frequentie ongetwijfeld wel degelijk flink toegenomen. Waar McQueen toentertijd de talk of the town was door de performance, is het nu eerder regel dan uitzondering dat er iets opmerkelijks gebeurt tijdens een show. De collectie van een merk is uiteraard nog steeds belangrijk en leidend voor het uiteindelijke succes, maar de hype-cultuur die social media heeft gecreëerd zorgt bijna elk merk aan het stunten is.
Toch let mij de vraag of dit gestunt wel thuishoort op Fashion Week. Begrijp me niet verkeerd. Ik kan als geen ander genieten van een opvallende look, betoverende act, surrealistische locatie of onverwachtse, verrassende elementen. Wel lijkt het erop dat veel modemerken iets cruciaals dreigen te vergeten. Er lijkt bijna geen show meer te zijn die écht om de kwaliteit en puurheid van een collectie draait. Alle poespas wordt gebruikt om statements te maken, op te vallen en – natuurlijk ook – de visie van een merk te laten zien. De collectie komt daarbij op de derde plaats.’
Alles behalve ready om te dragen
Natuurlijk, de stunts vertellen een verhaal en geven media een reden om over het merk te schrijven of het te vertalen naar social media. Verwarrend genoeg gaat het bij de net-geshowde collecties om de ready-to-wear items. Kleding die dus niet thuishoort bij de Haute Couture-week die eerder dit jaar in Parijs plaatsvond, maar bedoeld is om rechtstreeks te kunnen dragen. Nu is er niemand meer dan ik een aanmoediger van een opvallende look – geen dertien in een dozijn voor mij – maar in brandend pak naar kantoor of met water gevulde condooms om je handen naar de supermarkt lijkt me toch wel érg onhandig. Naar mijn idee waren de collecties verdomd ondraagbaar voor een ready-to-wear Fashion Week.
Waar een overdaad is, komt een tegenbeweging. Het zou dus goed kunnen dat we op de vooravond van verandering staan. Wie weet kunnen we over een aantal seizoenen weer écht kunnen genieten van een (wél) onverwachtse en verrassende stunt. Ik kan het alleen maar hopen.
Milan Fashion Week heeft gesproken: déze materialen komen helemaal terug