De Spaarrekening van Annet: ‘Mijn buffer moet 30.000 euro zijn’
Hoeveel geld staat er op je spaarrekening? Dat vragen we iedere week aan een andere Nederlander. Want hoewel we steeds meer praten over geld, hebben we het nooit over hoeveel we precies verdienen en sparen. Deze week: de 49-jarige Annet, alleenstaande moeder van vier kinderen.
Beroep: commercieel medewerker binnendienst
Bruto inkomen: 3500 euro
Woonsituatie: sociale huurwoning 700 euro
De Spaarrekening van Annet
Wat staat er op je spaarrekening?
„Zo’n 35.000 euro. Daar ben ik heel blij mee, ik vind dat heel fijn. Alles doe ik eigenlijk altijd van de lopende rekening, tenzij ik een keer een grotere uitgave moet doen. Vorig jaar heb ik bijvoorbeeld de auto moeten vervangen, dat doe ik van de spaarrekening.”
Hoe ziet je spaarstrategie eruit?
„Ik spaar iedere maand gemiddeld tussen de 500 en 700 euro. Het grootste gedeelte gaat naar de buffer. Een klein bedrag stop ik een potje voor de beugel van mijn zoon, in dat potje zit nu 450 euro. Daarnaast heb ik een rekening samen met mijn partner met wie ik een LAT-relatie heb. We hebben samen een potje waar we vakanties van boeken. Meestal is de verdeling: 500 euro naar de algemene buffer, 120 euro naar het vakantiepotje en 75 euro naar het potje voor de beugel van mijn jongste zoon.”
Sinds wanneer pak je het sparen op deze manier aan?
„Ik heb vier kinderen. Inmiddels zijn ze allemaal bijna volwassen. De oudste is 27 jaar, ik heb twee dochters van 22 en 19 en mijn jongste zoon is 14 jaar. Toen de jongste 2 jaar oud was, gingen hun vader en ik uit elkaar. Ik kwam er alleen voor te staan en wist dat ik zelf de boel draaiende moest houden. Ik verdiende in die tijd nog een stuk minder dan nu. Op een gegeven moment werd bijvoorbeeld duidelijk dat mijn dochter een opleiding wilde doen. Dat zou 1500 euro per jaar gaan kosten. Daar ben ik voor gaan sparen.
Ik kwam er alleen voor te staan en wist dat ik zelf de boel draaiende moest houden.
De kinderen noemden mij thuis minister van Financiën. Ik had overal een potje voor; die zekerheid had ik nodig, want ik moest het zelf regelen. Ik heb een broer bij wie ik eventueel had kunnen aankloppen, maar dat wilde ik niet. Alles kocht ik via Marktplaats, alles deed ik goedkoop. Ik hield altijd rekening met het feit dat spullen kapot konden gaan, want het zou mij niet overkomen dat ik dan geen nieuwe zou kunnen aanschaffen.
De koelkast is een metafoor geworden in onze familie. Ik riep altijd ‘straks gaat de koelkast kapot, dan moet ik een nieuwe kunnen kopen’. Uiteindelijk is de koelkast 11 jaar meegegaan en kan ik inmiddels heel veel koelkasten kopen, maar ik kom van ver.”
Hoe heb je dit weten op te bouwen?
„Ik verdiende dus een stuk minder, vroeger. Gelukkig kon ik terecht in deze woning waar ik inmiddels twaalf jaar woon. Dat kost me 700 euro per maand. Daarnaast kreeg ik kindgebonden budget, wat best een hoog bedrag was. Een deel daarvan kon ik sparen.
Al die jaren bezuinigde ik op alles. We gingen op vakantie naar Zeeland, we gingen bijvoorbeeld niet vliegen. Ik wilde die buffer op orde houden. Iedere aankoop was wikken en wegen. Wat geef ik uit, wat niet? Achteraf heb ik het daar weleens met de kinderen over, maar zij hebben daar helemaal geen last van gehad. Zij hebben het nooit als een beperking ervaren, vertellen zij nu.
Ik kocht alles in de supermarkt van een huismerk. Ik kookte op zondagavond voor drie dagen en deed op woensdag hetzelfde voor de rest van de week. En één keer per week aten we knakworst, maar zij hebben daar nooit iets achter gezocht, of dat als een probleem ervaren. Nu voelt 30.000 euro voor mij als een veilige buffer, ik wil dat dat 30.000 euro blijft.”
Hoe was dat voor jou zelf als moeder?
„Zelf vond ik het lastiger. Maar ik speurde wel altijd naar iets leuks. Wij konden dan niet op vliegvakantie, maar we gingen een weekje naar de Ardennen. Ik heb een hele hechte band met de kinderen en ben altijd heel open naar hen geweest. Afgelopen jaar had ik een vakantiehuis in Normandië geboekt en zijn we tien dagen met z’n allen daarheen gegaan; kinderen, schoonkinderen, het hele gezin.
Daarnaast waren de kinderen ook al jong vrij zelfstandig. Eerst leerde ik ze wat eten opwarmen, maar al snel konden ze ook koken. We waren wat dat betreft een geoliede machine. Ik had ook een goed netwerk. Twee buurvrouwen konden inspringen als het nodig was en mijn ex-schoonmoeder woonde in de buurt. Inmiddels zijn de kinderen allemaal ouder en is er weer wat meer tijd voor mij.
Een vriendin zei op een gegeven moment: ‘Ga jij zelf nu ook weer leven?’ Inmiddels ben ik wat minder krampachtig en durf ik geld soms ook uit te geven aan bijvoorbeeld een mooie vakantie. En ik wilde graag een e-reader en een airfryer. Die heb ik op een gegeven moment ook gekocht en daar ben ik hartstikke blij mee.”
Heb je weleens schulden gehad?
„Nee, nooit. En dat heb ik ook altijd gezegd: als je iets wil, moet je daarvoor sparen. En ik wil misschien over een tijd met mijn partner een huis kopen, maar dan wil ik ook geen tophypotheek afsluiten, waardoor je verder alle ruimte kwijt bent. En – dat klinkt misschien klinisch – het geld dat nu van mij is, blijft van mij. Ik wil niet dat daar gedonder over bestaat. Alle financiële zaken regelen we op voorhand.”
Waar geef je meer geld aan uit dan je eigenlijk zou willen?
„Misschien kleren. Ik koop veel via Vinted. Dat is allemaal niet duur, maar wel veel. Dat is allemaal zo gemakkelijk besteld.”
Wat is je beste financiële tip?
„Koop geen dingen waar je het geld niet voor hebt. Achteraf betalen is leuk, maar de rekening komt als je het alweer vergeten bent. Je moet het toch afbetalen en dan heb je het product al lang binnen. Dat zou ik afraden. Bovendien is dat allemaal maar heel kort geluk. Je bent even blij, maar daarna is het klaar.”